Henk van den Berg
'We kunnen niet allemaal kunstschilder zijn'
Henk van den Berg is bestuurder van Mediant, een GGZ instelling gevestigd in Enschede. Mediant staat voor “Gewoon Gezondheidszorg”. Na zijn studie geneeskunde had hij chirurg kunnen worden, maar hij besloot toch om psychiater te worden, omdat de inhoud van het vak zo veel breder is. Met hem praat VDH Executive over hemzelf en wat hem drijft, over de de-stigmatisering van mensen met een psychiatrische stoornis, professionaliteit in de zorg, en het belang van efficiënte behandelmethoden.
Waar mogen wij jou ’s nachts voor wakker maken?
‘ ’s Nachts is moeilijk, want ik slaap bijzonder goed. Maar ik houd van kunst, en van muziek. Wat muziek betreft heb ik een hele brede smaak. Van laat-romantische componisten als Elgar, Mahler en Puccini tot popmuziek, bijvoorbeeld de Arctic Monkeys, die vind ik echt geweldig!’
‘Elke dag rijd ik een uur heen en een uur terug van en naar mijn werk. Dan luister ik heel veel naar hoorcolleges. Over recht, geschiedenis, muziek, en veel over filosofie. Ik vind het dan interessant om na te denken over parallellen. Zo hoorde ik laatst een reeks van Ian Buruma, waarin hij uitlegt hoe rechters hun vonnissen schrijven. Wanneer ben je een goede rechter? Als je je vonnissen in juridische taal goed kunt motiveren voor een hoger rechtscollege, of als je in begrijpelijke bewoordingen je uitspraak onderbouwt voor de partijen die voor je staan? Hier zie ik een parallel met onze Klachtencommissie. Die moet in mijn optiek in de eerste plaats voor patiënten en hulpverleners schrijven. Dus in begrijpelijke taal en zonder uitstel.’
Voor wie werk jij?
‘Ik werk primair voor de cliënten. Als ik zie hoe sommige mensen getekend worden door hun stoornis, mensen die een goede opleiding hebben, net als ik, maar zij zitten daar en ik zit hier, dan realiseer ik me dat ik geluk heb gehad, en dan voel ik compassie met die mensen.’
‘Ik ben volstrekt niet gelovig, ik kom uit een familie van socialisten maar ik ben van jongs af aan liberaal. Ik vind dat mensen vrij moeten zijn, zonder betutteling, zonder dat anderen hen een mening of een geloof opdringen. Maar uitsluitend liberalisme, dat ontaardt. Het kan leiden tot ieder voor zich, zoals in Amerika. Daarom voel ik steeds meer voor het communitarisme: we zullen meer samen moeten doen, minder ieder voor zich.’
Wat is professionaliteit?
‘Een professional is voor mij iemand die enerzijds goed in “de lijn” van een organisatie functioneert, maar tegelijkertijd ook verantwoording aflegt aan een hogere macht, namelijk de professie. Een professional geeft zo goed mogelijk invulling aan zijn of haar functie binnen de organisatie maar houdt zich ook aan de regels van het ambt. Overmoed en almachtsfantasieën blijven een valkuil. Daarom moet hij ook kunnen relativeren, zich kunnen verwonderen, machteloos durven zijn.'
'Recentelijk had mijn dochter de wittejassenceremonie bij de overgang van student naar coassistent. Daarbij deden de hoogleraren de studenten hun witte jassen aan en spraken ze over de essentie van het beroep van arts. Dit was symbolisch: aan de ene kant werden jonge dokters welkom geheten in het gilde, aan de andere kant werden ze zich ook bewust gemaakt van de verantwoordelijkheid die ze hebben tegenover het ambacht. Er is nu duidelijk meer gelijkheid dan vroeger; toen keken de hoogleraren nauwelijks naar je om en nu zoeken ze contact en nemen ze de moeite om met je te praten!’
Geen ivoren toren
‘Binnen Mediant is de inhoudelijke lijn ook echt inhoudelijk bezig. Een psychiater of bijvoorbeeld een psycholoog zal dus nooit alleen maar manager zijn. Zelf ben ik geneesheer-directeur en ik doe alle klinische Rechterlijke Machtigingen en beoordelingen voor dwangmedicatie zelf. Een bestuurder kan in deze tijden van turbulentie niet in zijn Ivoren Toren blijven zitten. Je moet zichtbaar zijn en het beleid dat je voorstaat ook voorleven. Daar hoort ook bij dat je goed naar de standpunten van je medewerkers luistert. We kunnen van Mediant alleen een organisatie maken waar we trots op zijn als medewerkers zich ook mede-eigenaren voelen. We hebben daarom een “platte” organisatie: drie stuurlagen. Op elk niveau duaal management, dat samen integraal verantwoordelijk is; we doen het samen!’
Ambachtelijkheid versus ‘kookboekgeneeskunde’
‘Het idee van ambachtelijkheid schuurt soms met de noodzaak van efficiëntie, wat leidt tot wat sommigen ‘kookboekgeneeskunde’ noemen. Het persoonlijke, de eigen signatuur, zou naar de achtergrond gedrongen worden, ten gunste van een gestandaardiseerd aanbod. Echter om met de beschikbare middelen zoveel mogelijk mensen “gewoon goede zorg” te kunnen bieden, moeten we streven naar efficiency en in ieder geval de richtlijnen en standaarden gebruiken, waarvan we weten dat ze werken. Voor zover ze nog niet goed genoeg werken moeten we op zoek naar iets beters. Daar is ROM van belang. Over tien jaar zal de zorg waarschijnlijk efficiënter, rationeler, en controleerbaarder zijn.’
‘We kunnen niet allemaal alleen maar kunstschilder zijn’
‘Het verlies van het ambachtelijke bij het streven naar meer efficiëntie is niet zo groot als sommigen menen, maar het is er wel. Voor veel patiënten werkt standaardisering gewoon sneller en beter, maar voor sommige behandelaren is het minder spannend. Uiteindelijk zal aan ambachtelijkheid en creativiteit in de zorg over tien jaar ook nog behoefte zijn, omdat niet ieder individu binnen een richtlijn en/of DSM categorie past. Instellingen dragen de maatschappelijke verantwoordelijkheid om goede, betaalbare en toegankelijke zorg te leveren. Als standaardisatie van een deel van het werk daaraan bijdraagt, zullen hulpverleners zich moeten aanpassen. We werken tenslotte met gemeenschapsgeld.’
De-stigmatisering
‘De-stigmatisering is een belangrijk thema voor mij. Als je iemand schizofreen noemt, plak je hem een etiket op, zet je hem in een hokje, waar hij moeilijk meer uitkomt. Het is beter om van een stoornis te spreken; die kan meer of minder ernstig zijn, in tijd variëren en laat de persoon ook een niet-gestoord / gezond deel. Dat biedt perspectief! Door het aanstellen van ervaringsdeskundigen (inmiddels 25) als volwaardige medewerkers in behandelteams maken we dit in de praktijk elke dag weer duidelijk. Wetenschappelijk onderzoek naar stoornissen draagt ook bij aan de onttovering, maakt stoornissen begrijpelijker en draagt zo bij aan de-stigmatisering.'
'De pers regelmatig te woord staan en uitnodigen (zoals we onlangs op onze gesloten opname afdeling hebben gedaan) geeft ons de mogelijkheid om de burgers over de dagelijkse realiteit van ons werk en onze visie daarop te informeren. Stigmatisering ligt voortdurend op de loer en vraagt onverminderd onze aandacht. Als het even wat slechter gaat, is het risico groot dat juist de kwetsbare mensen in de hoek worden gezet waar de klappen vallen.
Daarom is het belangrijk dat wij als Mediant de verbinding met de gemeenschap waarvoor en waarbinnen wij werken actief blijven zoeken.’
reacties
Plaats een reactie